Verwarm de oven voor op 220°C en ontdooi de plakjes bladerdeeg. Leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat, snijd ze tot 8 rechthoeken en prik er gaatjes in met een vork.
Beleg de plakken bladerdeeg met een ander vel bakpapier en verdeel de bakbonen hierover.
Bak deze zo’n 20 minuten in het midden van de oven goudbruin en laat deze vervolgens afkoelen.
Klop de slagroom samen met de klopvast en de vanillesuiker stijf. Roer de MonChou met de basterdsuiker los. Spatel door de slagroom tot een egale massa. Zet minimaal 1 uur in de koelkast om op te stijven
Smelt de witte chocolade au-bain-marie. Hiervoor doe je de chocolade in een kom die je in een pan water op het vuur zet.
Wanneer de chocolade gesmolten is besmeer je vier bladerdeegkoekjes ermee. Rasp de schil van de sinaasappel en bestrooi over de chocolade.
Laat ze hard worden. Laat de mandarijnen uitlekken in een vergiet.
Zet de tompouce in elkaar. Schep het MonChou mengsel in een spuitzak. Leg een bladerdeegkoekje zonder chocolade op een schoteltje, spuit hier een laag MonChou room op en beleg met partjes mandarijn.
Spuit er nog een laag MonChou vulling op en beleg dan met het met chocolade bestreken bladerdeegkoekje.
Herhaal voor de andere drie tompoucen. Versier iedere tompouce met twee partjes mandarijn.
